Uitleg werkvorm

Wat?

Binnen de democratische thermometer gaan leerlingen over verschillende historische gebeurtenissen beoordelen in welke mate ze 'democratisch' zijn. 


Uitgangspunten

De democratische thermometer is ontworpen op basis van domeinsamenleving en democratie’ en kerndoel 5 ‘democratische betrokkenheid’ van de conceptkerndoelen burgerschap (Driebergen, et al., 2024).


Voorbereiding

Om de werkvorm te kunnen uitvoeren zijn de volgende materialen nodig:

  • Werkblad democratische thermometer: zie 'downloads'.
  • Gebeurtenissen-kaartjes: zie 'downloads'
  • Scharen, zodat de leerlingen de kaartjes kunnen uitknippen.

Voor wie?

Deze werkvorm is ontwikkeld voor havo/vwo bovenbouwklassen.


Hoe lang?

Afhankelijk van de manier waarop de werkvorm wordt ingezet (zie alternatieve inzetbaarheid werkvorm), zijn er ongeveer twee lesuren nodig om de opdracht uit te voeren en na te bespreken.


Hoe werkt het?

De leerlingen starten met het beantwoorden van de kernvragen op de kaartjes. Per gebeurtenis worden de volgende kernvragen gesteld:

  • Wie mag er mee doen?
  • Op welke manier kan je mee doen?
  • Hoe is de macht verdeeld?
  • Waar staat dit vast gelegd?
  • Optioneel: maak een eigen criterium. Door leerlingen een eigen kritische vraag te laten maken, worden ze gedwongen om hogere denkvaardigheden te gebruiken.

Nadat de leerlingen de kernvragen hebben beantwoord, positioneren ze de kaartjes op de democratische thermometer. De leerlingen moeten gezamenlijk een waarde geven aan elk van de kernvragen, en de bijbehorende kaartjes, om te bepalen waar op de thermometer een historische situatie thuishoort. Als de leerling de gebeurtenis 'hoog' inschaalt op de thermometer betekent dit dat het gezien wordt als zeer democratisch en andersom.

 

De leerlingen kunnen uiteindelijk klassikaal de verschillende democratische thermometers bespreken en vergelijken. Niet iedere groep zal dezelfde beslissingen genomen hebben of dezelfde waarde gehecht hebben aan de kernwaarde die de positie op de thermometer bepalen.  Er zit niet zozeer een 'goed' of 'fout binnen deze opdracht, maar vooral de argumentatie waarop een keuze wordt gemaakt is belangrijk binnen deze opdracht.

 

Alternatieve inzetbaarheid werkvorm

De opdracht is zo opgezet dat deze kan worden ingevuld vanuit verschillende leerdoelen. Niet alleen de inhoud van de opdracht, zoals de historische situaties of de kernvragen waar de situaties mee worden onderzocht, kan worden aangepast. Ook die hoeveelheid stof die in één keer wordt aangeboden of het tempo waarmee de opdracht wordt uitgevoerd kan verschillen. Je kunt de opdracht aanpassen zodat die in één les kan worden gegeven, of juist maken zodat een historisch democratisch dossier op kan worden gebouwd over de periode van een heel schooljaar. 


Wat levert het op?

Deze werkvorm traint zowel burgerschap- als historische vaardigheden.

  • Burgerschap: binnen deze opdracht wordt er aandacht besteed aan democratische waarden, wat aansluit op domein 'samenleving en democratie' van de conceptkerndoelen van burgerschap (Driebergen, et al., 2024).
  • Geschiedenis: doordat de leerlingen historische situaties uit verschillende perioden met elkaar vergelijken op basis van democratische waarden, zijn leerlingen niet alleen bezig met het chronologische proces, maar zijn ze ook bezig om continuïteit en verandering in democratische processen te duiden (Morton & Seixas, p. 83). Zo kunnen ze leren dat eenzelfde situatie op verschillende manieren gewaardeerd kan worden, afhankelijk van de plek en tijd waar je leeft en dat democratische waarden en visie op macht van tijd tot kan veranderen (Morton & Seixas, p. 144). Met behulp van deze verschillende standpunten en visies, kunnen leerlingen ook hedendaagse democratische waarden en visies op leiderschap op een doordachte manier beoordelen (Morton & Seixas, p. 196). Bij al deze vaardigheden is het van belang dat het standpunt goed onderbouwd kan worden, zoals in de introductie van deze werkvorm al werd beschreven is de onderbouwing belangrijker dan de uitkomst. Daarom leent deze opdracht zich ook uitstekend om historische argumentatie te oefenen en leren leerlingen om zaken niet klakkeloos aan te nemen of af te wijzen, een vaardigheid die ontzettend belangrijk is om te participeren en in een democratische samenleving (Van Boxtel & Van Drie, p. 87)

Gehanteerde literatuur:

  • Nussbaum, M. (2016). Not for profit. Why democracy needs the humanities. Princeton: Princeton University Press.